Designtentoonstelling “Material +” in het Neue Museum Neurenberg

Designtentoonstelling “Material +” in het Neue Museum Neurenberg

Ontwerpers zijn al lang bezig met nieuwe materialen, maar schaarste aan hulpbronnen en milieuvervuiling – bijvoorbeeld door microplastics – vormen ook uitdagingen voor de ontwerpwereld. Samen met het Bayern Design Competence Center zoekt het Neues Museum Neurenberg in zes gevelzalen naar nieuwe materialen waar vandaag en in de toekomst veel vraag naar is en hoe ze op een bijzonder duurzame manier kunnen worden gebruikt.

Design en woonkamer uit de jaren 60

De knalrode sledestoel of de oranje ronde tafellamp “Flowerpot” – de Deense architect Verner Panton bracht PopArt en daarmee plastic naar de woonkamers van de jaren zestig. Meer dan een halve eeuw geleden gaven kunststoffen ontwerpers geheel nieuwe mogelijkheden: ze konden hun producten kleuren en vormgeven zoals ze wilden.

“Het was een revolutie, het is nu een museumstuk, maar het is niet veelbelovend meer omdat het op olie is gebaseerd, en die verandering is precies wat je ziet in One Room Down the Road.” Simon Schimpf, directeur van het Nieuwe Museum Neurenberg

Museumdirecteur Simone Schimpf heeft slechts een paar stappen nodig om weg te stappen van de geschiedenis en deze prachtig verlichte klassieke ontwerpen van de toekomst. De toekomst van nieuwe materialen, weg van ruwe olie – naar duurzame en grondstofbesparende materialen. De directeur van het museum nodigde het Bayern Design Center uit om de voorkamers van het nieuwe museum te ontwerpen. Bayern Design ziet zichzelf als een interface tussen bedrijven en ontwerpers. De galerie wil hun visie laten zien, zegt Nadine Visentini, hoofd van het Bayern Design Competence Center. Ze is ervan overtuigd dat de Materialenbeurs ook bedrijven aan het denken kan zetten en iets nieuws kan beginnen.

READ  De belangrijkste Societe Generale Bank zal in 2020 in het rood glijden

Zeewier wordt draden

Iets nieuws zoals een kleurrijk stuk flokati-tapijt, groentinten die nog steeds doen denken aan het originele materiaal. Het is eigenlijk zeewier. De Nederlandse ontwerper Nienke Hoogvliet droogde het en maakte er strengen van, legt Kilian Fabic uit, die de tentoonstelling samenstelde. Hij zegt dat zeegras erg zacht is, net synthetisch. De kunstenaar wilde de aandacht vestigen op het gebruik van zeewier in de textielindustrie. In tegenstelling tot katoen kunnen algen met zout water gevoerd worden en verbruiken dus geen zoet water.

De tentoonstelling laat ook zien dat tegels kunnen worden gemaakt van oud koelkast- en magnetronglas. Het resultaat zijn witte, vierkante en unieke stukken onderbroken door prachtig groen marmer. Ook is er imitatieleer te zien dat is gemaakt van een bijproduct van de papierproductie, en van appelschillen kan ook plastic worden gemaakt. Ontwerpers willen afstappen van fossiele bronnen naar hernieuwbare en gemakkelijker biologisch afbreekbare materialen – en zij vormen de creatieve schakel tussen het bedrijfsleven en de materiaalwetenschap:

“Het is belangrijk voor ontwerpers dat er niet slechts één oplossing is. Er is niet slechts één materiaal dat de toekomst wordt, het kan alles, maar je moet naar een verscheidenheid aan materialen kijken en monoculturen vermijden.” Kilian Fabic, curator

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *