Het lichaam neemt normaal gesproken vitamine D op via de huid. Het wordt echter ook in sommige voedingsmiddelen aangetroffen. Ze kunnen helpen, vooral in de herfst en winter.
De meest bekende functie van vitamine D in het lichaam is zijn deelname aan het botmetabolisme. Het bevordert onder meer de opname van calcium en fosfaat uit de darmen en de opname ervan in de botten. Dit betekent dat het een belangrijke rol speelt bij de botmineralisatie. Volgens informatie van het Robert Koch Instituut (RKI) vervult vitamine D ook een aantal andere belangrijke taken. Het is bijvoorbeeld betrokken bij andere stofwisselingsprocessen, maar ook bij de controle van genen en de synthese van eiwitten. De afgelopen jaren zijn er verbanden ontdekt tussen de vitamine D-voorziening en chronische ziekten zoals hoge bloeddruk, dementie en diabetes type 2, evenals hart- en vaatziekten en kanker. Er zijn momenteel echter geen aanwijzingen voor causale verbanden.
Het lichaam neemt vitamine D voornamelijk op via de huid, maar ook voeding kan een bron zijn
Met behulp van zonlicht produceert het lichaam het grootste deel van de vitamine zelf (80 tot 90 procent) in de huid, dus breng vaak tijd buiten door. De overige 10 tot 20 procent van de vitamine D wordt via de voeding opgenomen. Bovendien kan de vitamine ook worden opgenomen via verrijkte voedingsmiddelen of supplementen.
Mis niets: alles wat met gezondheid te maken heeft, vindt u in de reguliere nieuwsbrief van onze partner 24vita.de.
Dit artikel bevat alleen algemene informatie over het betreffende gezondheidsonderwerp en is daarom niet bedoeld voor zelfdiagnose, behandeling of medicatie. Het vervangt in geen geval een bezoek aan een arts. Helaas kan onze redactie geen individuele vragen over medische aandoeningen beantwoorden.