Paleolithicum: botten hebben mogelijk geholpen bij de verwerking van leer
Een stuk bot van ongeveer 40.000 jaar oud uit het noordoosten van Spanje is mogelijk ooit gebruikt als basis voor leerwerk. De regelmatige cirkelvormige inkepingen zijn ontstaan doordat de vorige gebruiker met een vuursteenbeitel gaatjes in een stuk leer had geponst om ze daarna dicht te naaien. Het bot diende als een werkplatform, dat bij elke treffer een score behaalde. De rangschikking van de spleten, zo regelmatig in delen, heeft op zichzelf geen diepere betekenis. Het is gewoon het resultaat van de inspanning van een gebruiker om een bijzonder regelmatig lettertype te maken, schreven Luc Doyon van Purdue University en zijn team in het tijdschrift “Wetenschappelijke vooruitgang”.
Keer op keer suggereren experts dat de reguliere markeringen op artefacten uit het stenen tijdperk hun eigen functie hadden, zoals het tellen van markeringen of het versieren van het item. Daar zijn vaak goede redenen voor, bijvoorbeeld omdat de vondst geëtst of anderszins gedecoreerd is. Alles bij elkaar genomen suggereren deze verklaringen dat moderne mensen – en misschien zelfs hun verwanten – al heel vroeg in staat waren tot abstract, logisch, wiskundig redeneren.
Een vondst zoals het bot in de huidige studie, dat werd gevonden op de site van Canyars en behoort tot de Aurignacische paleolithische cultuur, voldoet niet aan deze eisen: het is niet gebeeldhouwd of versierd en slechts een deel van de uitsparingen is regelmatig gerangschikt. Tests op moderne botten gaven aan dat de incisies hoogstwaarschijnlijk waren gemaakt met een typisch Aurignaciaans stenen gereedschap, een driehoekig platform. Ander gereedschap zoals beenpriemen braken of lieten andere sporen achter.
“Analist. Schepper. Zombiefanaat. Fervente reisjunkie. Popcultuurexpert. Alcoholfan.”