Een Zwitserse onderzoeksgroep volgde tilapia negen maanden lang en ontdekte dat nieuwsgierigheid de drijvende kracht achter biodiversiteit kan zijn.
Nieuwsgierigheid heeft verstrekkende gevolgen
Om hun onderzoek uit te voeren, onderzochten wetenschappers van de Universiteit van Basel het gedrag van 57 verschillende cichlidensoorten in het Afrikaanse Tanganyikameer. Om de zeebaars te bestuderen observeerden biologen gedurende negen maanden 700 eerder gevangen dieren in grote testtanks. Hier konden ze het verkennende gedrag van de cichlide in een nieuwe omgeving documenteren. Met behulp van video-opnamen analyseerden de onderzoekers welke delen van de testtank elke vis gedurende een periode van 15 minuten verkende. Vervolgens werden de dieren weer vrijgelaten in het wild.
Tijdens hun onderzoek ontdekten evolutiebiologen dat nieuwsgierige individuen de neiging hebben om verschillende delen van hun omgeving te verkennen, waardoor ze verschillende ecologische niches kunnen bezetten. Dit betekent ook dat ze concurrentie vermijden. Zegt de eerste auteur, Dr. Carolyn Sommer Trimbo. “Dit brengt het gedrag van dieren weer onder de aandacht als de drijvende kracht achter belangrijke evolutionaire processen.”
Er bestaat een sterke relatie tussen nieuwsgierigheid en de leefomgeving van de betreffende vissoort. Dit heeft zelfs invloed op de fitheid van de vis. “Zo zijn soorten die dicht bij de kust leven en een gedrongen lichaamsvorm hebben, nieuwsgieriger dan grote soorten die in open water leven”, aldus de onderzoekers in een verklaring. persbericht.
Mogelijke conclusies over mensen
Interessant genoeg identificeerde het onderzoeksteam een genetische variant in het cichlidengenoom die bijna volledig geassocieerd is met verkennend gedrag: soorten met een “T” op deze specifieke DNA-locatie zijn nieuwsgierig, terwijl soorten met een “C” minder verkennend zijn. Toen de wetenschappers de overeenkomstige genetische regio manipuleerden met behulp van een genetische schaar, konden ze de wens van de vis om te verkennen veranderen, waardoor nieuwsgierig gedrag werd veroorzaakt.
Deze bevindingen kunnen niet alleen relevant zijn voor het begrijpen van de biodiversiteit in het dierenrijk, maar maken het ook mogelijk om conclusies te trekken over de mens. Het curiositeitsgen bevindt zich in de directe nabijheid van een specifiek promotergen (cacng5b), dat ook bij andere gewervelde dieren voorkomt. Bij mensen is dit gen gekoppeld aan psychische aandoeningen zoals schizofrenie en bipolaire stoornis, die op hun beurt weer verband kunnen houden met persoonlijkheidsstoornissen.
“We zijn geïnteresseerd in hoe persoonlijkheidskenmerken de biodiversiteitsmechanismen in het dierenrijk beïnvloeden”, zegt Somer-Trembaud. “Maar wie weet: misschien leren we uiteindelijk ook iets over de basis van onze persoonlijkheid.”
afbeelding 3103171 op Pixabay
Ik vind hem leuk:
ik vind hem leuk Bezig met laden…
Soortgelijke berichten